De A jeugd
De jongens van 16 - 19 jaar zijn eigenlijk jonge volwassenen aan het wordenzowel lichamelijk als geestelijk.
Juist omdat deze leeftijdsgroep 3 jaren kan verschillen zijn er fysiek vaak
grote verschillen.
In de training zul je dus hiermee rekening moeten houden, vooral met de conditietraining.
Nooit mogen wij collectieve eisen stellen.
De belasting van de oefenstof dient voldoende individueel gericht te zijn.
Ook hier is dus weer het trainen met en tegen elkaar van jongens van gelijke
fysieke gesteldheid sterk aan te bevelen.
De technische oefeningen worden nu steeds meer toegepast in tactische opgaven.
Vooral nu is het noodzakelijk, dat alle oefenvormen worden opgebouwd tot een
eindvorm met volledige weerstand.
De bewuste vorming vind nu steeds meer plaats, vooral ook in de tactiek.
je denkt hierbij vooral aan de persoonlijke tactiek en aan de algemene begrippen
als dekken en vrijlopen toegepast in allerlei positiespelen en partijspelen.
Het is voor de ontwikkeling van deze spelers noodzakelijk veel wedstrijden te spelen.
2 keer per week trainen is noodzakelijk.
---------------------------------------------------------------------------------------------------------
1e training
Inleiding : Warming - up zonder bal door hen zelf uitgevoerd, daarna voor zover nodig
nog een korte uitleg over het nut van een warming - up.
Dan een warming - up zoals je die graag wilt hebben, met de juiste oefeningen en de
juiste opbouw.
Geschikte oefenstof :
a.In de lengte richting van het veld van 16m lijn tot 16m lijn
- Eerst rustige looppas.
-Lopen met knieheffen afgewisseld met achter met de hiel tegen het achterwerk tikken.
-Huppelen met armzwaaien, armen rond zwaaien en armen gestrekt opzwaaien,
ook de knieën heffen.
-Spreid - sluit met armzwaaien huppend voorwaarts gaan.
-Zijwaarts lopen met de benen voor - achterwaarts kruisend.
-Zijwaarts huppen en huppelen.
-Hinken, loopsprongen, enz.
-sprongvaardigheidsoefeningen: huppen met knieheffen, springen met benen gespreid
heffen, springen met het lichaam hol trekken enz.
b.Zonodig hieraan toevoegen enkele climaxlopen
c.Alle oefeningen af te wisselen met lenigheidsoefeningen zoals, armen zwaaien,
romp buigen, benen zwaaien en oefeningen voor de buik en rugspieren.
Opmerkingen : Het gebruik van deze oefening is legio.
Het belangrijkste is echter dat de spelers leren er zelf gebruik van te maken naar behoefte.
En dat ze vooral ook leren een juiste opbouw te vinden in de inspanningsgraad.
Dus vooral niet meteen het veld opkomen en beginnen met starts en sprints,
of nog erger met de meest fantasierijke rekoefeningen.
d. Spel : 2:1 , Met wisselen als de verdediger de bal heeft.
2. Technisch / tactische gedeelte :
Per 3-tal een bal : Het plaatsen van de bal over de grond met de binnenkant en wreef van de voet.a. In een driehoek staand, de bal steeds terugspelen op A, de bal wordt zoveel mogelijk direct gespeeld. ( zie oefening 1 )
b. In een driehoek staand en de bal willekeurig spelen.
c. Ter afwisseling : Deze beide vormen ook koppend oefenen.
d. In een driehoek staand, de bal willekeurig spelen en de driehoekafstand steeds kleiner en groter maken, dus de drie spelers zijn continu in beweging.
e. De drie spelers staan achter elkaar op een onderlinge afstand van 5-10 meter.
( zie afbeelding 2 )
A speelt de bal met de binnenkant van de voet naar B, B speelt de bal direct terug naar A,
en A speelt de bal direct door naar C, deze bal wordt met de wreef gepasst.
C neemt de bal aan en passt de bal nu weer naar B, en B weer terug op C,
en C weer met de wreef terug op A.
f. Dezelfde oefening met het "vragen" om de bal door A en C.
g. Dezelfde oefening nu met plaats wisselen, A neemt de plaats in van B
en B van A en dan volgt de wisseling tussen A en C. ( zie afbeelding 3 )
Combinatievorm met drietallen schuine pass : kort-kort-lang ( zie afbeelding 4 )
Methodiek
a. Eerst met aannemen en dribbelen en spelen.b. Aannemen en spelen.
c. Zo mogelijk direct spelen.
d. Dezelfde oefening ook met afwerken op doel.
e dezelfde oefening ook met afwerken op doel, eerst 1 later 2 verdedigers.
3. Tactisch / technisch gedeelte:
Het positiespel 3-1 in de vrije ruimte.
a. lerend ( voor zover noodzakelijk ) de juiste posities in te nemen.
b. Methodisch verder uitbouwen tot de wedstrijdvorm.
4. Tactisch / technisch / conditioneel gedeelte
Partijspel 5-5 met één groot doel en twee kleine doeltjes op de flanken.a. met positiedekking
b. Met consequente mandekking, om het spel een conditioneel accent te geven.
Spelregels
In het grote doel scoren is een punt, in de kleine doeltjes scoren betekend dat
er gedraaid wordt.
Slot: het circuit.
2e training
a. zelf de warming-up verzorgen.
b. met bal: dribbelen/ drijven, schijnbewegingen, balvaardigheid, enz.
c spel: 3:1 positiespel, de bal raken is wisselen.
2. Technische gedeelte:
a. met 4-tallen:het passen van de bal over de grond en door de lucht
( zie afbeelding 5 )
b. afgewisseld met: het koppen van de bal staande in een vierhoek
de bal willekeurig koppen en de bal rond koppen.
a. combinatie vorm met 4-tallen: kort-kort-lang.
De korte pass eerst over de grond en later ook door de lucht.
( zie afbeelding 6 )
b. dezelfde oefening ook met afwerken op doel.
c. 3:1 met afwerken op doel.
d. 3:1met afwerken op doel als sjablone ( zie afbeelding 7 )
4. aanval - verdediging, als 4 : 4 ( accent op de aanvallers )
5. slot: het circuit ( zie eerste training ) 2x afleggen.
--------------------------------------------------------------------------------------------------
3e training
1. Inleiding:
a. twee partijen tikspel, drie jagers proberen al dribbelende binnen een minuut
zoveel mogelijk spelers te tikken, wie tikt de meesten?
b. Hetzelfde als a, doch nu met bal: dus al dribbelende tikken.
c. handbal 6:6 in een afgebakende ruimte van 40 x 40 meter.
d. hand-kopbal: dus de geworpen moet gekopt worden en de gekopte bal
moet weer gevangen worden.
2. Technisch/tactisch gedeelte: Positiespel 6:6 op een half veld.
a. vrij raken.
b. 2x raken.
c. welke partij speelt de meeste directe passes?
d. eerst uitvoeren met positiedekking dan uitvoeren met
consequente mandekking.
3. a. Partijspel koppen met twee grote doelen op een veld van 20x20 meter.
Opdracht: er mag uitsluitend al koppend samengespeeld worden en gescoord
worden. Eerst wanneer de bal op de grond is geweest, mag een speler de bal
weer met hand oppakken en begint hij met de bal voor zichzelf op te gooien
en dan door te koppen. Bij deze actie mag hij niet gehinderd worden.
b. Partijspel: 6:6 met twee doelverdedigers en half veld.
Het accent in deze partij leggen op het koppend scoren, door te stellen
dat een doelpunt gescoord met het hoofd dubbel telt.
Het koppen kan nog geaccentueerd worden, door de navolgende opdrachten:
1. de bal bezittende partij kan zo nodig de bal afspelen naar de zich aan de zijkant
van het speelveld bevindende trainer.
De trainer is "vrije" man en mag niet aangevallen worden.
De trainer zet de hem toe gespeelde bal steeds hoog voor het doel, naar de
partij die hem de bal heeft toegespeeld.
2. aan elke zijde van het speelveld bevinden zich twee "vrije" spelers , die dus
niet aangevallen mogen worden. dit kunnen bv, de beide vleugelverdedigers
zijn. Wanneer zij worden aangespeeld zetten zij de bal hoog voor het doel.
( zie afbeelding 8 )
4e training
1. Inleiding:
a. zelf de warming-up verzorgen.
b. diverse loopvormen, o.a.: lopen, hinken, huppen, loopsprongen,
kruispassen, knieheffen, enz
c. lenigheidsoefeningen met 2 - tallen.
1. beide spelers leggen de handen op elkaars schouders, nu
rompwippen voorover.
2. beide spelers staan tegenover elkaar en vouwen schuin gestrekt
hoog de handen in elkaar, nu links en rechts zijwaarts de grond aantikken.
3. ruggen tegen elkaar en armen inhaken, nu elkaar om de beurt
rustig op de rug tillen.
4. in dezelfde houding, we duwen elkaar naar achteren.
5. spel: ligsteun tegenover elkaar, de knieën blijven van de grond, proberen
elkaars hand van de grond af te trekken ( elkaars steunpunt wegtrekken )
2. Technisch - tactisch gedeelte
a. 3-1 positiespel: wedstrijdvorm, de aanvallers mogen de bal niet meer als
2x raken, als de verdediger de bal heeft is het wisselen.
b. als tussenpauze: in een vierkant staan, de bal willekeurig hooghouden.
3. A: combineren van 16 meter lijn tot 16 meter lijn. ( zie afbeelding 9 )
a. met vieren naast elkaar rustig combineren naar eigen inzicht.
b. als a, doch nu met de opdracht de bal te spelen, kort- kort- lang.
( zie afbeelding 10 )
Indien de oefening goed wordt uitgevoerd, dan het tempo opvoeren
en komen tot zoveel mogelijk direct spel.
c. het spelen van de zogenaamde "wisselpass" ( zie afbeelding 11 )
Wordt deze oefening weer goed uitgevoerd, dan het tempo laten
opvoeren en de bal zoveel mogelijk direct spelen.
d. Opmerking: deze oefening is alleen geschikt voor zeer vaardige spelers.
Hetzelfde als oefening c, doch de twee buitenspelers wisselen niet van
plaats, bij het afspelen van de bal naar binnen vragen zij de bal weer
langs de zijlijn terug en spelen hem dan over "de hele".
Deze oefening is nog moeilijker, omdat de pasafstand een stuk groter is.
Deze oefening met beide benen laten uitvoeren.
Opmerking: Deze wisselpass is daarom erg belangrijk, omdat hij in het
moderne voetbal erg vaak gebruikt wordt. hij dient ervoor om het spel
plotseling te verleggen van de ene vleugel naar de andere vleugel.
( = naar de opkomende middenvelder of back )
4. Tactisch - technisch gedeelte: het positiespel 4-4 in een afgebakende
ruimte van 40-40 meter. ( zie afbeelding 12 )
Het accent in dit positiespel komt te liggen op het wisselen van de
korte passes met de lange pass.
Wedstrijdvorm: welke partij speelt de meeste ononderbroken passes?
De lange pass telt voor twee.
5. Aanval - verdediging: 4-4 ( plus een spelbepaler )
Deze extra aanvaller kan de spelbepaler van je team zijn, hij speelt
steeds achter de aanval aan en krijgt de opdracht te trachten het spel
met een wisselpass te verleggen van de ene vleugel naar de andere.
Opmerking: bij deze vorm krijgt de verdediging de opdracht om zodra zij
de bal hebben af genomen, deze bal te passen naar de volgende groep
aanvallers, die op de middenlijn klaar staan. de ander groep aanvallers
gaat zo snel mogelijk uit het veld en stelt zich op de middenlijn op.
Na b.v 10 minuten wisselen de verdedigers met een groep aanvallers.
( zie afbeelding 13 )
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------
5e training
1. Inleiding: per 3 - tal een bal. Samenspel van 16 meter lijn tot 16 meter lijn.
a. vrije combinaties. b. komen tot direct spel. c. kort - kort - lang.
d. met plaats wisselen. e. met overname voorlangs en passen.
f. met overname achterlangs en passen.
2. Technisch - tactisch gedeelte: per 3 - tal twee ballen.
a. koppen: om de beurt de bal opgooien naar de koppende speler.
uit stand, uit sprong en uit lopen voorwaarts en achterwaarts.
b. als A maar de bal links en rechts zijwaarts opgooien.
c. als B maar de bal koppen met 1/4 draai. ( dus steeds met de schouder
naar de werpers toestaan ) ( zie afbeelding 14 )
3. a. schieten op doel vanuit het centrum en vanaf de beide vleugels.
b. koppen op doel vanuit het centrum en vanaf de beide vleugels.
c. combinaties van beiden: dus bv, een speler legt de ballen met het hoofd\
terug op een inlopende andere speler die de bal ineens inschiet.
d. een speler geeft de voorzet, de andere speler legt de bal met het hoofd
terug op een inlopende andere speler die ineens inschiet. (zie afbeelding 15 )
Het doel van deze oefening is, de spelers te oefenen op het creëren van
kansen door korte combinaties en door individuele acties en het scoren
in allerlei situaties dicht bij het doel.
Opdracht stellen: de 4 verdedigers moeten dicht op de man dekken en trachten
om de aanvallers zo weinig mogelijk de gelegenheid te geven om te schieten.
Ze moeten zelf trachten zo snel mogelijk in balbezit te komen en dan de bal
trachten over de 16m lijn te dribbelen, en krijgen dan zelf het recht van aanval,
en mogen dan ook direct zelf gaan scoren. De aanvallers worden nu verdedigers.
Zo gaat bij deze oefening het aanvallen en verdedigen steeds snel op en neer.
Je dient bij deze oefening te coachen, en vooral goed op te letten of de spelers
durven om te scoren, en dit ook doen op het juiste moment.
----------------------------------------------------------------------------------------------------------
.6e training
1. Inleiding: a. zelf warming-up.
b. enkele tikspelen: o.a. kruistikkertje met 2 - tallen.
2. technisch / tactisch gedeelte: per 2 - tal een bal.
a. diverse combinatievormen uitgevoerd in een hoog tempo,
waarbij de spelers steeds tegen elkaar inwerken.
b. de overname voorlangs gevolgd door een schuine pass naar
de vrij sprintende speler. (zie afbeelding 17 )
c. de overname achterlangs gevolgd door een schuine pass
naar de vrij sprintende speler.
a: zonder tegenstander. b: met één tegenstander.
c. met 2 tegenstanders die achter elkaar staan voorstopper en laatste man.
4. Partijtjes van twee tegen twee in toernooivorm.
winnaars tegen winnaars en verliezers tegen verliezers.
Een groep speelt op een veldje met 2 grote doelen en met 2 doelverdedigers.
5. Slot: het circuit.
--------------------------------------------------------------------------------------------------------
7e training
1. Inleiding: a. zelf warming - upb. lenigheidsoefeningen o.a.
1. beide armen zijwaarts van het lichaam zwaaien.
2. met beide armen molenwieken. 3. met beide armen crawlen.
4. met beide armen naast elkaar zwaaien links en rechts zijwaarts
langs het lichaam, van boven naar beneden.
5. met beide armen anderhalve zwaai maken voorlangs het
lichaam links en rechtsom.
6. de handen op de heupen plaatsen, met de heupen een cirkel
maken , links en rechtsom. 7. twisten op de plaats.
8. hoge huppen maken, waarbij de knieën hoog opgetrokken worden
en afwisselend links en rechts naar buiten gedraaid worden.
9. huppen met gesloten voeten op de plaats, ook voor en
achterwaarts en zijwaarts, en ook met de voeten kruisen.
10. huppen en de beide benen zijwaarts hoog spreiden en met
de handen aantikken.
2. Technisch / tactisch gedeelte: per 2 - tal een bal.
a. 1 - 1 spelen op balbezit.
b. hetzelfde als A, maar nu mogen beide spelers alleen hun
zwakke been gebruiken.
c. 1 - 1 wedstrijdvorm: proberen bij elkaar de bal over de lijn te
dribbelen. ( organisatie: binnen het strafschopgebied )
3. 1 - 1 en 2 - 1 en 3 - 1 met afwerken op doel.
4. 3 - 2 met afwerken op doel.
Slot: 3 - 3 aanval tegen verdediging: de verdedigende partij staat
gedurende 5 tot 10 minuten onder druk. Steeds als de
verdediging de bal heeft afgenomen komt snel de volgende
aanval op hen af. De drie aanvallers die net hun bal waren
kwijtgeraakt moeten snel terug gaan en opstellen achter de
volgende groep op de middenlijn. Na een bepaalde tijd
wisselen de verdedigers met een andere groep.
( zie afbeelding 18 )
--------------------------------------------------------------------------------------------------
8e training
A deel = conditioneel. duur 45 minuten.
1. loslopen, met aandacht voor het op de juiste wijze lopen.
b. tikspel: met de medicinaal, drie jagers tikken zoveel mogelijk spelers
binnen 30 seconden.
2. Oefening met de medizinbal: per 3 - tal een medizinbal.
a. de bal overstoten met rechter en linker arm en met beide armen. Nadat de
bal gestoten is loop je hem snel na.
b, de bal werpen vanuit de nek.
c. de bal rollen over de grond.
d. de bal met een zweefduik wegwerpen.
e. spel: 2 - 1 overgooien, de verdediger de bal raken is wisselen.
3. Starten en sprinten: in estafettevorm, vier groepen van vier.
a. 5 minuten starts vanuit diverse uitgangshoudingen o.a.: uit stand, uit
hurkhouding, uit langzit, uit buikligging en uit rugligging.
b. hetzelfde als A, maar nu 10 meter, 15 meter, en 30 meter sprints.
c. hetzelfde als B maar met inlassen onderweg van een halve en een
hele draai, een sprong over een of meer poortjes enz. ( zie afbeelding 19 )
Opmerking: de mogelijkheden om hierin te variëren zijn eindeloos.
B-deel: Technisch - tactisch duur 45 minuten
4 positiespel: 4-3 in een afgebakende ruimte.
a. vrij raken. b. 2x raken. c. proberen zoveel mogelijk directe passes te spelen.
5. 4-3 aanval tegen verdediging:
Twee groepen aanvallers en één groep is verdediger, de groep aanvallers krijgt 10x
het recht van aanval en de opdracht: hoeveel keer wordt er gescoord?
Zodra de verdedigers de bal hebben afgenomen, komt de volgende groep aanvallers
Deze oefeningen kunnen we voor de aanvallers nog verzwaren, door met één groep
aanvallers te werken en dan 10 ballen klaar te leggen op de middelijn. Zodra zij de
bal aan de verdediging verloren hebben, moet de dichtsbijzijnde aanvaller snel
de volgende bal gaan halen en begint de volgende aanval. ( zie afbeelding 20 )
Opmerking: Het coachen is bij deze oefening erg belangrijk. Het gaat er bij deze
oefening om, dat de vier aanvallers die dus een man meer hebben, door juiste
combinaties in tempo uitgevvoerd de drie verdedigers uit positie weten te spelen
en dan tot scoren komen.
_________________________________________________________________________
9e training
1. Inleiding: per drietal een bal:
a. 2-1 positiespel in een afgebakende ruimte van 12 -12 meter.
b. oefening A afwisselen met in een driehoek staan en de bal naar elkaar toe
passen en koppen.
2. Technisch gedeelte: per 3-tal een bal.
a. De bal passen: kort-kort-lang.
b. Als A, maar zoveel mogelijk direct spelen.
c. Als A, maar de lange bal lobben.
d. Als A, maar nu met plaats wisselen.
3. Tactisch gedeelte:
a. Positiespel 4-4: spelen op balbezit met de opdracht om de korte passes
af te wisselen met de lange pass.
b. Hetzelfde als A, maar nu proberen de bal bij de tegenpartij over de
lijn te dribbelen.
Opmerking: Bij deze opgave ontstaan gedurende het spel regelmatig situaties
waarbij de aanval plotseling gewisseld kan worden met een lange pass van de
ene vleugel naar de andere vleugel.
Tevens dient je aandacht bij de verdedigende partij vooral te gaan naar het
geven van een juiste rugdekking.
4. Partijspelletjes van vier tegen vier met twee kleine doeltjes
_______________________________________________________________________
10e training
1. Inleiding: a. zelf warming-up b. kringtikkertje
c. 3-1 positiespel ( 2x raken ) d. 3-1 met de medicinbal overwerpen
e. Als relatieve rustpauze: in vierhoek staan, de bal naar elkaar passen
1x raken, de bal rondkoppen etc.
2. Technisch - tactisch gedeelte: per drietal twee ballen.
Twee spelers hebben de bal in hun handen vast, en werpen om beurten de
bal naar de derde speler die op 2 á 3 meter afstand staat.
a. De bal direct uit de lucht in de handen terugplaatsen, met de
binnenkant en met de wreef van de voet.
b. Als oefening A, maar nu uit de loop voor en achterwaarts.
c. Als oefening A, maar nu de geworpen bal eerst stoppen op de borst en
dan terugspelen.
d. Als oefening C, maar nu uit de loop.
e. Als oefening C, maar nu stoppen op het dijbeen en dan terugplaatsen.
f. Koppen: de aangeworpen bal terugkoppen uit stand, met sprong, en
uit de loop.
Door met twee ballen te werken kun je de oefening intensiveren en een
geoefende speler onder druk zetten.
3. De vormen genoemd onder 2 ook laten oefenen met afwerken op doel.
a. Zonder tegenstander b. Met tegenstander ( s ).
4. Positiespel: 4-3 met de opdracht, dat de lange pass direct doorgespeeld
dient te worden.
5.Partijspel: 7-7 met twee grote goals en twee doelverdedigers.
a. vrij maken. b. 2x raken. c. 2 en 1x raken.
_______________________________________________________________________________
.
.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
fijn dat je reageert om een reactie achter te laten moet je lid zijn van deze blog.